Squla
Voor alle vakken van de basisschool
Voor alle vakken van de basisschool
Je kind ziet op jonge leeftijd al regelmatig een klok. De kans is namelijk groot dat je thuis een klok aan de muur hebt hangen. Daarnaast heeft een combimagnetron een digitale klok. Daarom leert je kind al op jonge leeftijd klokkijken. Vanaf groep 1 op de basisschool wordt hier al aandacht aan besteed. Op deze pagina lees je alles wat je moet weten over klokkijken. Er wordt niet alleen aandacht besteed aan de analoge klok, maar ook aan de digitale klok. Daarnaast vind je hier een aantal oefeningen met klokkijken. Hier kan je kind direct mee aan de slag als hij nog niet precies kan zeggen hoe laat het is.
Als je kind klokkijken nog niet helemaal onder de knie heeft, zegt hij in plaats van tien over één mogelijk vijf voor kwart over één. In principe heeft je kind gelijk, maar dit is niet de juiste benaming van het betreffende tijdstip. Om te voorkomen dat je kind de klok telkens verkeerd afleest, wordt er op de basisschool aandacht besteed aan leren klokkijken. Bij de ene methode gaat dit sneller dan bij de andere methode. Zo wordt de digitale klok mogelijk al behandeld terwijl je kind de analoge klok nog niet volledig kent.
Klokkijken is niet iets wat je kind in één groep leert. Want leren klokkijken wordt uitgesmeerd over meerdere groepen. Zo leert je kind begrippen die betrekking hebben op de klok en gaat het ook over tijdsbesef (het besef dat er tijd bestaat en dat de tijd verstrijkt). Hier wordt vooral in groep 1 en 2 aandacht aan besteed. In groep 3 gaat het over getalbegrip en leert je kind hele uren. Een jaar later komen ook de halve uren en kwartieren aan bod. Er wordt van je kind verwacht dat hij in groep 5 de volledige analoge en digitale klok af kan lezen. In groep 5 wordt hierop voortgeborduurd. Leren klokkijken staat in groep 6 vooral in het teken van tijdsduur en het leren plannen.
Desondanks dat je kind het vaakst in aanraking komt met de tijd op een mobiel, tablet of computer en daarmee de digitale klok, wordt er toch vaak begonnen met de analoge klok. Het begint allemaal met uitleg van de verschillende begrippen die te maken hebben met klokkijken. Je kind leert bijvoorbeeld wat de kleine en grote wijzer zijn en wat het betekent als deze wijzers naar boven of beneden wijzen. Ook passeren begrippen als ‘voor’ en ‘over’ de revue. Voordat je kind zelf klok leert kijken, worden deze begrippen eerst gekoppeld aan tijdsbesef.
Als je kind eenmaal bekend is met de basis van de analoge klok, gaat hij zelf aan de slag met klokkijken. Je kind leert allereerst over hele en halve uren. Hierdoor kan je kind tijden als 1 uur, 8 uur, half 4 en half 10 herkennen. Zodra je kind de hele en halve uren onder de knie heeft, worden er ook kwartieren bij getrokken. Op deze manier komt je kind ook in aanraking met tijden als kwart over 2, kwart voor 5 en ga zo maar door. Aansluitend leert je kind analoog klokkijken met 5 en 10 minuten. Zodoende kan hij straks ook tijden als vijf voor 3 en vijf over half 7 van de analoge klok aflezen. Tot slot wordt de hele analoge klok aangeleerd, zodat je kind analoog klokkijken volledig onder de knie heeft.
Wie denkt dat klokkijken op de basisschool beperkt blijft tot de analoge klok, heeft het mis. Je kind leert namelijk ook klokkijken op de digitale klok. Hier wordt vanaf groep 3 aandacht aan besteed. Net als bij analoog klokkijken leert je kind klokkijken op de digitale klok in stapjes. Je kind leert allereerst de digitale uren, halve uren en kwartieren. Hierdoor weet je kind bijvoorbeeld hoe laat het is als tijden als 11:00, 14:30 en 19:15 op de digitale klok staan. Nadat je kind eenmaal bekend is met de basis van digitaal klokkijken leert hij ook minuten op de digitale klok af te lezen. Hierdoor kan je kind ook vertellen hoe laat het is als er op zo’n klok tijden als 09:55, 11:17 en 23:47 weergeven worden.
Sommige kinderen hebben snel door hoe klokkijken in zijn werk gaat, maar niet ieder kind gaat dit even makkelijk af. Gelukkig kan je kind hulpmiddelen bij klokkijken gebruiken. Je kunt bijvoorbeeld zelf een klok maken om je kind een handje te helpen. Op deze klok kun je zowel de analoge als digitale tijden aangeven. Zet bij de 1 bijvoorbeeld ook 13.00 en 01.00 uur. Op deze manier leert je kind niet alleen de analoge klok, maar maakt hij direct ook kennis met de tijden zoals ze op de digitale klok weergeven worden.
Klokkijken is iets waar je kind al in de eerste groep van de basisschool mee te maken krijgt. In de volgende groepen is klokkijken ook nog een belangrijk onderdeel van de rekenlessen. Op veel basisscholen wordt er in ieder geval tot en met groep 6 aandacht besteed aan leren klokkijken. Hieronder lees je wat je kind in groep 1 tot en met 6 leert over klokkijken.
De eerste twee groepen van de basisschool staan vooral in het teken van spelenderwijs leren. Daarom verwacht je mogelijk niet dat je kind hier de basis van klokkijken al leert. Toch is dit wel het geval. In groep 1 en 2 leert je kind vooral besef van tijd te krijgen. Je kind leert onder meer dat een activiteit een bepaalde tijd kan duren, bijvoorbeeld een uur. Ook leert hij tijdsbegrippen zoals morgen, gisteren, laat, vroeg, dag of nacht. Bovendien leren kinderen in deze twee groepen dat er onderscheid gemaakt wordt tussen uren, halve uren, kwartieren en minuten.
Als je kind overgaat naar groep 3, heeft hij de basis van klokkijken onder de knie. Daarom wordt het in deze groep een stukje moeilijker gemaakt. Je kind leert in deze groep vooral de hele uren op de analoge en digitale klok. Om de tijd juist af te kunnen lezen, leert je kind onderscheid te maken tussen de grote en kleine wijzer. Bij de hele uren wijst de grote wijzer altijd naar de 12. Aan de hand van de kleine wijzer kan je kind aflezen hoe laat het precies is. Wijst de kleine wijzer naar de 7? Dan is het zeven uur. Voor het leren van hele uren op de analoge en digitale klok worden vaak plaatjes van een klok gebruikt.
Voor kinderen in groep 4 vormen de hele uren vaak geen problemen meer. Daarom wordt de kennis over klokkijken in deze groep verder uitgebreid. In groep 4 leert je kind namelijk ook de halve uren en kwartieren op de analoge klok en de digitale klok. Waar de grote wijzer bij hele uren naar de 12 wijst en de kleine wijzer op een ander getal staat, zit de vork bij halve uren iets anders in de steel. De grote wijzer wijst hier namelijk naar de 6, terwijl de kleine wijzer tussen twee cijfers in staat.
Bij kwartieren staat de kleine wijzer eveneens tussen twee getallen in. De grote wijzer wijst nu allen niet naar de 12 of 6, maar naar de 9 of 3. Wijst de grote wijzer naar de 9? Dan spreken we van kwart voor. Wanneer hij naar de 3 wijst, spreken we van kwart over. Om je kind dit zo goed mogelijk te leren, worden ook voor halve uren en kwartieren op de analoge klok vaak afbeeldingen gebruikt. Zodoende kan je kind makkelijk en snel aflezen hoe laat het is.
In het begin van groep 5 is je kind bekend met hele uren, halve uren en kwartieren. Dit betekent alleen niet dat je kind de analoge en digitale klok ook volledig af kan lezen. Daarom wordt er in groep 5 vooral aandacht besteed aan de minuten op de klok. Hierdoor leert je kind bijvoorbeeld dat het vijf voor acht is als de kleine wijzer op de 8 staat en de grote wijzer naar de 11 wijst.
Behalve aan de analoge klok wordt er ook aandacht besteed aan de digitale klok. Net als bij de analoge klok geldt ook bij de digitale klok dat je kind met de basis begint. Er wordt eerst uitgelegd hoe een digitale klok werkt. Als de basis van zo’n klok eenmaal bekend is, leert je kind in eerste instantie de hele en halve uren op de digitale klok aflezen. In groep 3 wordt de basis voor klokkijken op de digitale klok gelegd, aan het eind van groep vijf kan je kind ook alle tijden op een digitale klok aflezen.
Aan het einde van groep 6 wordt van je kind verwacht dat hij zowel de analoge als digitale klok zelfstandig af kan lezen. Om je kind hier een handje bij te helpen, komen beide klokken in deze groep – net als in groep 5 – aan bod. Voor wat betreft de analoge klok leert je kind in groep 6 ook rekenen met minuten en seconden. Als je kind dit ook onder de knie heeft, kan hij je exact vertellen welke tijd een analoge en digitale klok aangeeft.
De kennis die je kind al heeft over de digitale klok, wordt uitgediept in groep 6. Wanneer jij je kind aan het einde van groep 6 een digitale klok laat zien, kan hij je als het goed is precies vertellen welke tijd deze klok aangeeft.
Je kind kan klokkijken oefenen met behulp van het rekenboek dat hij op school gebruikt, maar online zijn ook allerlei oefeningen met klokkijken te vinden. Op Squla kan je kind in de aan de slag met klokkijken op de wijzerklok en de digitale klok. In de quizzen en games leert je kind aan de hand van plaatjes de tijden op de wijzerklok en digitale klok te vergelijken. Ook vindt je kind bij iedere vraag een toelichting op het juiste antwoord. Zo leert je kind dat wanneer de digitale klok 00:00 aangeeft, hij opnieuw begint te tellen omdat een nieuwe dag begint. De klokkijken quizzen worden ondersteund met extra veel beeld. Dit maakt oefenen met klokkijken leuk!
Het belangrijkste verschil tussen een analoge en digitale klok zit hem in de manier waarop de tijd weergeven wordt. Een analoge klok geeft de tijd aan met behulp van wijzers, terwijl een digitale klok hier cijfers voor gebruikt. Bij 8 uur in de ochtend wijst de kleine wijzer van een analoge klok naar de acht en de grote naar de 12. Een digitale klok geeft deze tijd als 08.00 aan.
Zodra je kind naar de basisschool gaat, leert hij klokkijken. In groep 1 en 2 wordt namelijk al de basis voor klokkijken gelegd. In deze groepen wordt vooral aandacht besteed aan de betekenis van begrippen en tijdsbesef. Vanaf groep 3 gaat je kind aan de slag met de hele en halve uren.
Je kind leert eerst de analoge klok omdat hij hier waarschijnlijk het vaakst mee in aanraking komt. Veel mensen hebben thuis namelijk een analoge klok aan de muur hangen of op de kast staan. Vandaar dat je kind eerst leert hoe de analoge klok in elkaar zit alvorens hij de digitale klok leert.
De digitale klok maakt op de meeste basisscholen vanaf groep 5 voor het eerst onderdeel uit van de rekenlessen. Je kind begint dan met de hele en halve uren. De kennis over de digitale klok wordt in groep 6 uitgebreid. In deze groep leert je kind ook hoe de kwartieren, eenheden van 5 en 10 minuten op de digitale klok weergeven worden.
Ja, er zijn verschillende hulpmiddelen om te leren klokkijken. Je kunt bijvoorbeeld zelf een klok maken waarop zowel de analoge als digitale tijden weergeven worden. Zodoende sla je twee vliegen in één klap. Daarnaast vind je online allerlei hulpmiddelen voor klokkijken. Bij Squla kom je bijvoorbeeld allerlei leuke oefeningen met klokkijken tegen.
Klokkijken oefenen kan op verschillende manieren. Dit kan onder meer met een echte of neppe klok, maar ook online. Op het internet zijn onder meer allerlei leuke oefeningen met klokkijken te vinden. Daarnaast kun je je kind laten oefenen met behulp van klokkijken werkbladen.