Kies je groep
Peuters
Groep 1
Groep 2
Groep 3
Groep 4
Groep 5
Groep 6
Groep 7
Groep 8
Alle vakken
Kies je groep
Rekenen oefenen
groep 1
Op Squla vind je quizzen en games voor rekenen in groep 1. Oefen direct met rekenonderwerpen zoals tellen, vormen en kleuren, getallen herkennen en tijd.
Probeer Squla gratis uit
De voordelen van rekenen oefenen met Squla
Online rekenspelletjes
In groep 1 maakt je kind op Squla spelenderwijs kennis met cijfers. Door rekenspelletjes te spelen, dingen te vergelijken en door te tellen maakt je kind deze getallen eigen. Op Squla oefent je kind in groep 1 dus met het informeel rekenen. In de hogere groepen worden de spelletjes serieuzer en begint je kind met het echte rekenwerk!
Voorbereiding op het echte rekenwerk
In groep 1 gaat je kind aan de slag met de voorbereiding op het echte rekenen. Dit noemt men informeel rekenen. Ook wel spelenderwijs rekenen genoemd. In groep 1 leert je kind voornamelijk door vrij te spelen of door een themahoek in de klas. Denk aan een winkeltje bijvoorbeeld. Zo komt je kind in aanraking met het fenomeen ‘betalen’ en ‘geld’.
TIP: richt ook thuis een winkeltje in voor je kind.
Tellen in groep 1
Maar de voorbereiding op het echte werk is niet alleen spelen. Het is ook weten hoeveel jaar je bent als kind, getallen herkennen en leren tellen. Dat tellen tot en met 10 gebeurt in het begin vaak nog als opzegversje, zonder dat je kind begrip heeft van wat die getallen betekenen (getalbegrip). Hier gaat je kind in groep 2 mee aan de slag.
Verantwoorde schermtijd
Geen reclame, geen chatfuncties; puur verantwoorde, vrolijke games waar je kind al spelend van leert.
Door gamemakers en onderwijskundigen
Elk spelletje op Squla is gemaakt door experts, ondersteund door ouders en kinderen.
Groeit met je kind mee
Squla is er voor peuters tot en met kinderen in groep 8. In elke groep wordt het niveau een stapje uitdagender.
Wat je nog meer kunt met Squla
Vergelijken in groep 1
Je kind gaat in groep 1 aan de slag met het vergelijken van twee dingen. Dit doet je kind met de begrippen hoog/laag, meer/minder, voor/achter, zwaar/licht. Bijvoorbeeld: dat zijn meer koekjes en dit zijn er minder. De ene kant van de wipwap is hoog, de andere kant is laag. Dit boek is zwaar en deze veer is licht. Zo krijgt je kind steeds meer gevoel voor de getallen in de wereld om hem heen.