Ook interessant:
Wat wordt er getoetst bij de LVS-toetsen in groep 3?
Wat wordt er getoetst bij de LVS-toetsen in groep 4?
Wat wordt er getoetst bij de LVS-toetsen in groep 6?
Wat wordt er getoetst bij de LVS-toetsen in groep 7?
Wanneer worden er toetsen afgenomen in groep 5?
Elke basisschool is verplicht om te werken met goedgekeurd leerlingvolgsysteem voor taal en rekenen. Er zijn meerdere aanbieders van Leerlingvolgsystemen (LVS), bekende leerlingvolgtoetsen van het Boom LVS, IEP en het Cito LVS voldoen aan alle wettelijke verplichtingen. Net als in groep 3 en groep 4 wordt er in groep 5 twee keer per jaar getoetst.
- Halverwege het schooljaar in januari/februari: de M5 toetsen
(M staat voor Midden) - Aan het einde van het schooljaar in mei/juni: de E5 toetsen
(E staat voor Eind)
Wat zijn de ‘Leerling in beeld’ (LIB) toetsen in groep 5
De Leerling in Beeld (LIB)-toetsen zijn de vernieuwde versie van de bekende Cito-toetsen. Deze toetsen helpen scholen om de voortgang van je kind over meerdere jaren te volgen.
‘Het doel van LVS-toetsen is dan ook niet om een zo’n hoog mogelijke score te halen maar om de ontwikkeling van het kind te meten.’ (Cito)
De LIB-toetsen zijn bedoeld om te meten wat je kind al kan en waar nog ontwikkeling mogelijk is. Daarom bevat de toets ook bewust opgaven die nog niet helemaal binnen de verwachte kennis van je kind vallen (met zelfs opgaven over lesstof die ze nog niet gehad hebben). De uitslag wordt weergegeven in een grafiek die de de groei van je kind laat zien, niet alleen op het moment van toetsing, maar ook over de afgelopen jaren. Rekenen, taalverzorging en lezen vormen het basispakket van de LIB-toetsen dat de meeste scholen gebruiken. Sommige scholen kiezen voor een uitgebreider pakket met extra onderdelen zoals Engels, woordenschat, begrijpend luisteren, sociaal-emotioneel functioneren en executieve functies.
Onderdelen van de Cito-toets (LIB)
De Leerling in Beeld (LIB)-toets in groep 5 is opgebouwd uit verschillende onderdelen die inzicht geven in de vaardigheden en ontwikkeling van je kind. Hieronder vind je een overzicht van de belangrijkste vakken en wat ze meten:
1. Rekenen
Dit onderdeel test zowel formele sommen (bijvoorbeeld 17 + 23) als praktische verhaaltjessommen. Het richt zich op:
- Rekenvaardigheden: optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen.
- Verhoudingen: inzicht in verhoudingen.
- Meetkunde: werken met figuren, lengtes meten en afstanden schatten.
- Inzicht en probleemoplossend vermogen: toepassen van wiskundige kennis in praktische situaties.
2. Taalverzorging
Dit onderdeel test:
- Spelling: spelling van woorden volgens de spellingsregels.
3. Begrijpend Lezen
Begrijpend lezen is een essentieel onderdeel dat je kind helpt teksten te begrijpen en juiste conclusies te trekken. Er komen verschillende soorten vragen voorbij, zoals tekst-opgaven en evaluatie-opgaven, met afwisselende teksten. Vaardigheden die hierbij getest worden zijn:
- Tekstbegrip: de hoofdgedachte van een tekst achterhalen.
- Conclusies trekken: verbanden leggen en logische conclusies trekken.
- Informatie verwerken: tabellen, grafieken en schema’s lezen.
- Zoeken en interpreteren: snel de juiste informatie vinden in naslagwerken of op internet.
- Samenvatten: de kern van een tekst goed kunnen verwoorden.
4. Technisch lezen: AVI en DMT
Lezen vormt de basis voor alle vakken. Ook in groep 5 worden toetsen afgenomen om het leestempo en het leesniveau te bepalen. De resultaten van deze toetsen vormen ook een belangrijke indicatie voor mogelijke leesproblemen of dyslexie. Lees hier meer over de signalering in mijn blog over het signaleren van dyslexie op de basisschool.
Technisch lezen wordt gemeten met twee specifieke testen:
- AVI: deze toets is een individuele afname, waarbij je kind de tekst op een leeskaart hardop voorleest. De leerkracht of begeleider noteert het tempo en eventuele leesfouten. Na de afname volgt een AVI-leesniveau. Dit geeft aan welke boeken het best passen bij het leesniveau van je kind.
- DMT: tijdens de Drie-Minuten-Toets (DMT) leest je kind binnen één minuut zoveel mogelijk losse woorden op 3 leeskaarten met oplopende moeilijkheidsgraad. Het aantal goed gelezen woorden in een minuut wordt genoteerd.
Wat wordt er bij begrijpend lezen in groep 5 getoetst?
Tekstsoorten
In de toetsen begrijpend lezen komen verschillende tekstsoorten en genres aan bod. Met behulp van verschillende typen opgaven worden vaardigheden getoetst die nodig zijn om tot een goed begrip van tekst te komen.
Goede lezers maken gebruik van leesstrategieën, zoals het samenvatten van informatie in de tekst en de inzet van voorkennis over een onderwerp. Deze leesstrategieën zijn in de lessen begrijpend lezen vaak veelvuldig aan bod gekomen. De teksten in de toetsen voor groep 5 zijn voor het merendeel verhalende en informatieve teksten. De opgaven zijn allemaal meerkeuze opgaven. Hierdoor wordt het nakijken van de toetsen en het bepalen van de scores zo objectief mogelijk gehouden.
Opgaventypen
Er zijn verschillende soorten opgaven waarbij de nadruk ligt op het begrijpen en interpreteren van de tekst:
- Vragen over de teksten waarbij een vraag gesteld wordt n.a.v. een tekst of deel van een tekst.
- Openplaatsopgaven waarbij teksten worden aangeboden waaruit zinnen of delen van zinnen zijn weggelaten. De kinderen kiezen vervolgens het alternatief dat het best in de tekst past. Belangrijk is daarbij om zowel vóór als na de invulplaats te lezen.
- Voorspelopgaven waarbij alleen de titel, een (begin)gedeelte van de tekst en soms een afbeelding wordt weergegeven. De rest van de tekst ontbreekt. Kinderen moeten op basis van de gegeven informatie een vraag beantwoorden waarbij ze een voorspelling moeten doen over de inhoud van de tekst.
Spellingtoetsen groep 5
De spellingtoetsen zijn in de vorm van een dictee. De leerkracht leest een zin voor, dan leest de leerkracht uit die zin één woord opnieuw voor: dat is het woord wat de kinderen noteren op het antwoordblad. Bij een digitale afname leest de computer voor.
Spellingcategorieën in groep 5
De moeilijkheid van woorden t.o.v. de spellingtoets van groep 4 is toegenomen. De woorden in de toetsen van groep 3 en 4 hadden hooguit twee lettergrepen, terwijl de woorden in groep 5 bijna allemaal twee of meer lettergrepen hebben.
In de eerste helft van groep 5 wordt bij de meeste spellingsmethodes veel stof herhaald en komen er bijna geen nieuwe spellingcategorieën aan bod. De kinderen hebben bijvoorbeeld in groep 4 al de spellingsregel van aai/ooi/oei geleerd. Nu in groep 5 komen bij dezelfde regel moeilijkere woorden aan bod zoals: ‘ooievaar’.
Rekentoetsen in groep 5
De rekentoetsen bestaan uit tekst of een som die de leerling zelf leest. Bij de digitale variant kan de leerling de opgaven voor laten lezen door de computer.
Bij sommige opgaven hoort een ondersteunende afbeelding. Er zijn bij de rekentoetsen zowel open als meerkeuze vragen. De toetsen in groep 5 zijn gericht op de onderdelen getallen en meten en meetkunde. De volgende onderdelen komen in groep 5 aan bod:
Getallen en getalrelaties
- Het begrijpen van de telrij, structuur en relaties van getallen. Bijvoorbeeld weten dat in het getal 63 de 6 niet 6 maar 60 voorstelt.
- Grotere getallen op de getallenlijn herkennen of kunnen noteren.
- Tellen met groepjes van 2, 5, 10, 20, 25, 50 en 100.
- Verder en terug tellen met sprongen van 2, 5, 10, 25, 50 in een getallengebied tot 1000.
- Hoeveelheden splitsen. Bijvoorbeeld: 350 pennen splitsen in 3 dozen van 100 en 1 doosje van 50 pennen.
- Vergelijken van getallen. Bijvoorbeeld: Schrijf van klein naar groot op: 1099, 1101, 1001, 1009.
- Sommen met optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen als ‘kale som’: 800-390=… Of in een context. Bijvoorbeeld: Jarno brengt zand naar de tuin. Hij loopt 14 keer met 2 volle emmers. Hoeveel emmers zand brengt hij naar de tuin?
Meten, tijd en geld
Meten omvat het meten van lengte, oppervlakte, inhoud en gewicht. Het gaat in groep 5 nog om de basiskennis en begrip van de maten. Bijvoorbeeld het aflezen van meetinstrumenten zoals de liniaal.
- Herleiden van centimeter naar meter en omgekeerd.
- Bepalen van een aantal dozen op een stapel.
- Begrip van gram en kilogram en kunnen inschatten welke bij welke situatie de juiste maataanduiding past.
- Bedenken welk figuur van gegeven puzzelstukjes gemaakt kan worden.
- Het spiegelbeeld van een figuur aangeven.
Tijd
- Klokkijken, hele uren/halve uren/kwartieren en 5 en 10 minuten.
- Het omzetten van digitale tijden naar analoge tijd.
- Gebruiken van gegevens uit een kalender.
- Bepalen van tijdstip en tijdsduur.
Geld
- Totaalbedrag bepalen van munten en biljetten bij elkaar.
- Gepast betalen met munten en biljetten.
- Berekenen hoeveel geld je terugkrijgt in een winkel.
- Munten of biljetten inwisselen tegen andere munten of biljetten. Bijvoorbeeld: Fenne heeft een briefje van 10 euro. Ze wisselt dit in voor munten van 50 cent. Hoeveel munten van 50 cent krijgt ze?
Kennismaken met de vraagstelling op de LVS-toetsen
Doet je kind het op de LVS-toets minder goed dan op de methode-toetsen? Dit kan te maken hebben met het verschil in vraagstelling. Op de LVS-toetsen wordt er vaak meer context gebruikt in de vraagstelling. Om je kind kennis te laten maken met de vraagstelling kunnen er voorbeeldvragen worden geoefend. Bekijk alle oefenstof van Squla in groep 5 of doe de demo.
Hoe kan ik mijn kind voorbereiden op de LIB-toets?
Een voorbereiding voor de LIB-toets kan je kind helpen om zelfvertrouwen op te bouwen. Hier is een praktische checklist voor een ontspannen en effectieve voorbereiding:
- Herhaling: Een extra herhaling van de vele nieuwe onderwerpen van groep 5 kan soms nét even de boost geven om de lesstof goed te beheersen.
- Gebruik oefenplatforms zoals Squla: Squla biedt oefeningen voor de LIB-toets waarmee je kind de vraagtypes op eigen niveau kan oefenen. Dit helpt om zich goed voor te bereiden en de stof beter te beheersen.
- Oefen met de vraagtypes van de LIB-toets: Laat je kind kennismaken met de soorten vragen die tijdens de toets kunnen komen. Dit bouwt vertrouwen op en zorgt dat de toets zelf geen verrassing is.
- Zorg voor zelfvertrouwen: Moedig je kind aan om de toets te zien als een kans om te laten zien wat het kan. Fouten maken is oké; ze helpen juist om te leren. Leg dus geen extra nadruk dat dit een ‘belangrijk moment’ is.
- Maak het leuk: Oefenen hoeft niet saai te zijn. Gebruik bijvoorbeeld speelse oefeningen, quizzen of leerzame spellen om het leerproces boeiend te houden.
Hoe helpt Squla bij de voorbereiding op LIB toetsen?
Squla biedt een rustige, doelgerichte manier om je kind goed voor te bereiden op de LIB-toetsen. Het platform combineert structuur met een speelse leerervaring. Squla maakt het oefenen toegankelijk en effectief door:
- Aansluiting op de schooldoelen: de oefeningen zijn afgestemd op de officiële SLO-leerdoelen van de basisschool, zodat je kind precies oefent wat het nodig heeft voor de toets.
- Niveau past zich aan: de moeilijkheidsgraad wordt automatisch aangepast op basis van hoe je kind presteert. Zo oefent je kind altijd op het juiste niveau, wat vertrouwen geeft en frustratie voorkomt.
- Oefen vragen zoals in de toets: Squla biedt vragen die lijken op de vraagstelling van Cito en IEP toetsen, zodat je kind vertrouwd raakt met het soort vragen dat het kan verwachten.
- Leren met plezier: dankzij verhalen, quizzen en speelse oefeningen blijft het leerproces leuk en afwisselend, wat de motivatie hoog houdt.
Klaar om te oefenen? Klik hier voor een gratis proefaccount
Tot slot: het totaalplaatje van je kind
De Leerling in Beeld-toetsen in groep 5 geven inzicht in de ontwikkeling van je kind, maar een kind is zoveel meer dan alleen een toetsresultaat. Naast rekenen en taal telt ook hoe je kind zich sociaal, creatief en emotioneel ontwikkelt. Een goede voorbereiding kan helpen om met zelfvertrouwen de toets te maken, maar uiteindelijk draait het op school om veel meer dan alleen cijfers. Leerkrachten kijken naar het totale plaatje: hoe een kind groeit, samenwerkt, doorzet en nieuwe dingen ontdekt. De toetsresultaten zijn slechts één hulpmiddel om te bepalen waar extra ondersteuning of juist verrijking nodig is, maar ze zeggen niet alles over de unieke talenten en kwaliteiten van je kind.
Dit blog is geschreven door Shelby Vos-van Andel | Bachelor of Education PABO | Master SEN (MSEN) intern begeleider en gedragsspecialist in het basisonderwijs. Als Intern begeleider was ze onder andere verantwoordelijk voor het analyseren van LVS-toetsen, het begeleiden van leerkrachten bij de toetsafname en het bespreken van toetsen met ouders.